Ga direct naar de inhoud.

Wind mee

Het is mensen eigen niet aan vorm of kwaliteit te denken als ze slecht spelen en anderen goed, nee, men zoekt het elders.

Zo had lang geleden P Schlangen duiven die op de grote fond twee jaar na elkaar geweldig uithaalden.

Dat was telkens bij makkelijk weer dus werd over hem verteld dat hij goed vloog, daar kon men niet onder uit, maar 'hij had geen sterke duiven'.

Tot die overnachtvlucht kwam met wind tegen en hij nog beter speelde!

Het doet denken aan Schellekens Riel.

Die had echte fondkleppers maar wat aan diens duiven mankeerde was dat die alleen paraat waren als het zwaar was.

Dat zei men tenminste.

Tot hij vele monden snoerde door Nationaal Sint Vincent te winnen met 'poepkeswind'.

 

BEENS

In 2007 was het in Nederland ene Arjan Beens die tot ieders verbazing van 1.000 kilometer meerdere duiven klokte op dezelfde seconde.

Althans, zo kon je lezen op teletekst en op de uitslag.

De werkelijkheid was natuurlijk anders.

Hij klokte een serie duiven in het holst van de nacht, die alle tegelijk werden geklasseerd toen de neutralisatie ten einde liep.

Beens presteerde zo enorm dat men weer naar een 'maar' zocht.

En die was dat hij zijn sterk spel dankte aan het feit dat hij op een van de grootste afstanden woont wat hem met wind mee bevoordeelt.

Dat was ook zo maar neemt niet weg dat je altijd klasse en vorm moet hebben.

Geen enkele duif komt van 1.000 kilometer toevallig boven het hok uit, zeker niet midden in de nacht.

Enkele weken terug was er een zware overnachtvlucht met wind tegen en wie pakte weer knalvroege duiven?

Beens.

 

DE WIND

Natuurlijk speelt de wind een enorme factor bij het verdelen van de prijzen, vooral bij groepslossingen omdat duiven dan langer bij elkaar blijven.

Dat zie je vooral in Nederland waar de prijzen in het ene samenspel soms al verdiend zijn als men elders nog moet beginnen.

Dat ook bij Nationale lossingen de wind een enorme rol speelt weten Limburgers als die met Oostenwind van vluchten als Bourges moeten kampen tegen de Vlaanders.

Op de overnacht is de invloed van de wind minder omdat duiven 's nachts hun koers kunnen corrigeren en alleen hun weg vervolgen.  

Waar ik heen wil is dat je ook met wind mee goede en vorm moet hebben.

Ooit schreef ik dat duiven die met 'staartwind' winnen vaak de betere zijn omdat ze beschikken over de voornaamste eigenschap die een duif moet hebben; ori'nteringsvermogen.

Sommigen namen dat weinig serieus maar inmiddels weten ze beter en berichtten me dat hun 'goede' tot hun verbazing met sterke wind mee de 1e won.

Mij verbazen zulke dingen al lang niet meer.

Er zijn te veel voorbeelden van superieure duiven en grote kampioenen die ook bij wind mee uitblinken.

 

VORM

Gezondheidsproblemen zijn meestal terug te voeren tot:

a.

Problemen met de ingewanden.

b.

Problemen met de luchtwegen.

Vooral de laatste zijn vaak oorzaak van verliezen.

Als je van een leervlucht of gewone vlucht veel duiven verspeelt en je clubgenoot verloor er geen moet je doorgaans niet ver zoeken; problemen met de luchtwegen.

Die zijn vaak sluimerend en amper waarneembaar aanwezig VOOR het spel maar uiten zich na enkele keren mand door opstekende pluimpjes bij de oren, rulle nekken en falen op de vluchten. Poeder op de pluimen zegt dienaangaande weinig.

Daarom dat er iets voor te zeggen is de duiven VOOR het seizoen te laten onderzoeken en, mocht dat nodig zijn, de kopjes schoon te maken VOOR er gevlogen wordt.

 

VERKEERD

Je mag zulks alleen doen als er daadwerkelijk iets mis is.

Maar wat doen velen?

Ze weten dat de koppen zuiver moeten zijn, ze geloven kampioenen niet die zeggen amper of niets 'tegen de koppen' te doen en men gaat op eigen houtje kuren.

Helemaal verkeerd dus.

Want kuren?

Waarmee en waartegen?

'Kopproblemen' kunnen van velerlei aard zijn, ik ga U die geleerde woorden besparen maar men begrijpt dat naar het verkeerde medicijn grijpen, dus kuren tegen een ziekte die er niet is elke zin mist.

Verder zijn er de overdrijvers.

Ooit deed een kuurtje iets ('weer een bezoek aan de dierenarts bespaard') en men gaat verder op eigen houtje.

Het zijn de mannen die een tijd lang goed spelen en dan voorgoed van het toneel verdwijnen.

Geef liever wat centen aan de dierenarts dan aan nutteloze medicijnen.

Maar ik dwaal af.

 

DE GOEDE

Ik had het over wind, goede duiven en vorm.

Bij wind mee moet je nog meer vorm hebben dan bij wind tegen. Een goede zonder vorm zal met wind tegen een prijsje winnen, met sterke wind mee komt die te laat.

Al talloze malen viel het me op dat met snelheden van 1.700 mpm en meer het geld erg snel 'weg was' vanwege veel goede getekende in de kop van de uitslag.

Praat mij dus niet over geluksvluchten met wind mee.

Juist dan moeten ze orienteren en daar gaat het in duivensport om, niet om snelheid maken.

 

BEROERING

In Nederland is al enkele jaren veel beroering over nachtvliegers.

Twee weken geleden was het weer raak; Duiven die meer dan 2.000 mpm vliegen (enkele zelfs 2.200 mpm) van vluchten van 1.000 kilometer.

Dat kan natuurlijk nooit maar toch staan die als zodanig op de uitslag vanwege de klok stil zetten voor de neutralisatie en duiven die daar geen boodschap aan hebben en doorvliegen.

En dan gebeuren de gekste dingen.

Zo kan je 3 uur voor je buurman pakken maar staat die VOOR je op de uitslag als hij 50 meter verder woont!

Al jaren belooft men beterschap (bij zuidenwind heel vroeg los) maar er verandert niets, integendeel.

Elk jaar komen er meer nachtvliegers bij.

'Midden in de nacht letten en geklopt worden door een duif die vele uren na die van jou arriveert vanwege een iets grotere afstand is geen sport meer' zei fondkampioen Sam en stopte.

 LIMBOURG EN LIMBURG

IN Belgie heb je Limbourg, in Nederland de gebroeders Limburg. Ik heb ze nooit gezien of gesproken, dus niet schieten op de pianist, maar man wat spelen die goed op de grote fond. Veel beter dan velen die beroemd zijn tot in alle uithoeken van de wereld.

En dat (oeps hier gaan we opnieuw) bij ALLE weer.